Doel van het project:
Duurzaamheid en leefbaarheid van de omgeving worden steeds belangijker in de totstandkoming van bouwprojecten, zowel bij binnenstedelijke bouw als grote infra projecten. Hoe weet een opdrachtgever dat de opdrachtnemer zich daadwerkelijk houdt aan de regels en de gestelde criteria, bijvoorbeeld vanuit de aanbesteding of vergunningverlening? En hoe kun je dat in de praktijk zien en monitoren? In opdracht van Topsector Logistiek heeft RoyalHaskoningDHV (RHDHV) geïnventariseerd welke manieren van monitoring en toezicht worden toegepast binnen de bouw.
Inhoud van het project:
De insteek is een marktbenadering: aan marktpartijen is gevraagd op welke wijze men nu omgaat met monitoring en toezicht en welke kansen men ziet om dit op grotere schaal toe te passen (bijvoorbeeld via lokale of nationale richtlijnen). De inventarisatie naar de (bedrijfseconomische) drivers van monitoring en toezicht is gebaseerd op een marktconsultatie van diverse partijen die actief zijn rondom de bouw, zoals bouwbedrijven, brancheorganisaties, aanbieders van werktuigen (OEM’s, verhuurders), leveranciers van monitoringstechnieken en overheden. Voor deze partijen is dit onderzoek dus ook interessant.
Resultaat van het project:
De drivers voor marktpartijen om monitoring en toezicht toe te passen zijn geïnventariseerd voor de thema’s mobiele werktuigen, goederenvervoer, en personenvervoer. Deze drivers zijn onder andere de kosten, milieuverplichting, naleving van contractvoorwaarden, misbruik en diefstal, en laadinfra-capaciteit.
De noodzaak van goede monitoring om toe te zien op gemaakte afspraken wordt grotendeels onderschreven. Belangrijk is dat er een gelijk speelveld komt zonder dat dit leidt tot zware administratieve opgaven. Ook zijn grote bedrijven veel meer met monitoring bezig dan kleine bedrijven. Over het algemeen ziet men de meerwaarde wel in van monitoring en toezicht (bv. met oog op stikstofeisen), maar is het inrichten/realiseren daarvan ‘gedoe’. Met name de grote bouwers spelen hierin een voortrekkersrol. Personenvervoer is een aparte opgave: monitoring vindt hier weinig tot niet plaats.
De uitkomsten van deze inventarisatie kunnen dienen als nuttige bouwstenen voor een uniforme, en mogelijk landelijke aanpak van toezicht en handhaving op bouw(logistiek) werken. In een later stadium dient dus te worden geïnventariseerd welke monitoringsmogelijkheden er zijn voor overheden.