Slim varen zal een belangrijke bijdrage leveren aan de slagkracht van Rotterdam en het versterken van de concurrentiepositie van de BV Nederland. Dat was de conclusie van de containertafel die door door Ab Ovo namens Connekt in het kader van Topsector Logistiek op 4 november georganiseerd werd. Directeuren van de grotere inland-terminals en barge operators namen deel aan de containertafel.
Focussen op faciliteren van hogere beladingsgraden en minder stops
Inlandterminals moeten zich op het stuwadoorswerk focussen en faciliteren dat barge-operators slimmer kunnen varen. Als zij planinformatie delen en lading combineren kunnen de barges optimaal beladen en gepland worden. Dit kan eenvoudig doordat terminals lading bij elkaar boeken, een beschikbare extra laag op een barge delen, maar ook door onderweg lading uit te wisselen in een hub en spoke-netwerk. Met een grotere call-size wordt het aantal stops in de zeehaven beperkt en wordt de beschikbare barge capaciteit optimaal benut. De net geïntroduceerde minimum call-size in Rotterdam kan de uitrol van slim varen versnellen.
Drempels wegnemen
Voordat er slim gevaren kan worden moeten er volgens de deelnemers wel wat drempels genomen worden. De belangrijkste is het onderling vertrouwen om lading van klanten mee te geven aan de concurrent en informatie te delen. Door de goede dekking van het terminalnetwerk in het achterland wisselen verladers gemakkelijk van terminal waardoor alle partijen klanten aan elkaar verliezen. Een andere belangrijke drempel is de complexiteit. Voor een planner vergt slim varen overzicht in een groot aantal factoren met een grote dynamiek. De beschikbare ICT-ondersteuning is hier nu nog niet op ingericht en richt zich vooral op terminals met een eigen dienstregeling.
De deelnemers zijn wel unaniem over de noodzaak van slimmer varen. Het zal een belangrijke bijdrage leveren aan de doelstelling van de Topsector Logistiek.