‘Ik wil impact maken,’ stelt Andries Vlot, CEO van TSN Groen, ‘en de wereld beter maken. Als wereldbevolking hebben we er de afgelopen tachtig jaar een rommeltje van gemaakt. Ik leef vanuit de overtuiging dat we nu zélf moeten willen verduurzamen, omdat het beter is voor de volksgezondheid en veiligheid. We moeten dit willen, in plaats van dat het wordt opgelegd. Het is tijd om dingen echt anders te gaan doen.’
Duurzaamheid binnen de organisatie
Dat TSN Groen dingen echt anders doet, blijkt al snel. Het transportbedrijf beschikt namelijk niet alleen over een bijna volledig geëlektrificeerd wagenpark. Andries: ‘We hebben in totaal veertig duurzaamheidsplannen en -ambities geïntegreerd in onze organisatie. Zo zijn onze hubs en distributiecentrum gasloos, werken de airco’s en systemen op warmtepompen en zonnestroom, is werkkleding van duurzame en herbruikbare materialen gemaakt en hebben we een heel verduurzamingspallet rondom onze magazijnen met bloemen, bijen en vleesmuiskasten.’
Minder vervoersbewegingen, meer veiligheid
Ook op andere vlakken worden bewuste keuzes gemaakt. ‘We hebben besloten dat we voor 2025 willen uitbreiden van zes naar twaalf vestigingen’, vertelt Andries. ‘Zo kunnen we met het huidige bereik van de elektrische voertuigen in heel het land CO2-neutraal bezorgen. Dat heeft een positief effect op de uitstoot én op het aantal gereden kilometers. Die wil ik sowieso verlagen, door gewoon binnen de provincie blijven. Als je elektrisch rijdt, wil dat namelijk niet zeggen dat de afstand niet meer uitmaakt. Ieder kilowattuur dat is opgewekt, moet wel slim ingezet worden en niet doelloos worden verbrand.
‘Iedere gereden kilometer is bovendien een veiligheidsrisico: dat wordt niet altijd belicht. Als ik goederen van vier ritten kan bundelen in twee, heb ik niet alleen minder uitstoot, maar ook minder veiligheidsrisico’s. Daar gaat het ook om: om de druk op het stedelijk gebied te verminderen. Het gaat er niet om dat het elektrisch moet, maar dat het aantal vervoersbewegingen naar beneden moet: dat is eigenlijk veel belangrijker.’
Hoe duurzaam is duurzaam?
Maar TSN Groen gaat verder. Zo bouwen ze bijvoorbeeld gebruikte brandstof voertuigen om naar elektrische, onder de naam Green Dynamics. Maken ze met Bio-based Logistic Solutions duurzame, CO2-negatieve pallets op basis van hennep en wasproducten. Voorkomen ze met het social returnproject Refurb dat retouren in de afvalstroom belanden. En planten ze voor de stichting ‘Vlotter naar een betere wereld’ bomen in Malawi, in Oost-Afrika. De teller staat inmiddels op 400.000 stuks. ‘Al die verschillende duurzaamheidsprojecten hebben natuurlijk een bepaalde impact op de uitstoot van CO2e’, weet Andries. ‘Maar welke? Hoe goed zijn we daadwerkelijk bezig? Dat wil ik nu samen met Topsector Logistiek onderzoeken.’
Uitkomsten delen om anderen te inspireren
Deze vragen van TSN Groen sluiten goed aan op de doelstelling van Topsector Logistiek om de footprint van de totale logistieke operatie (hub en vervoer) te kwantificeren. Juist als een bedrijf elektrisch rijdt. Ook wegkilometers verminderen door de beschikbare middelen slim in te zetten, is een van de aandachtspunten. De komende tijd zal Districon in opdracht van de Topsector alle duurzaamheidsmaatregelen tegen het licht gehouden, om helder te krijgen welke CO2e-besparing ze opleveren. Daarbij hoopt Andries dat andere partijen eveneens van de uitkomsten profijt hebben. ‘Duurzaamheid en CO2-reductie zijn voor alle partijen redelijk nieuw en een beetje pionieren. Door zichtbaar te maken wat wij doen en welke impact dat heeft op de uitstoot, kunnen we zelf de lat weer hoger leggen. Maar ik hoop ook dat de uitkomsten anderen zullen inspireren om duurzaamheid te omarmen en er zelf aan de slag te gaan.
Wat we vooral willen laten zien, is wat er mogelijk is met wat creativiteit. Dat je je businessmodellen kan gebruiken om bij te dragen aan de verbetering van de omstandigheden.’
Aan de tekentafel met je businessmodel
Andries is heel stellig als hem naar de toekomst van transport wordt gevraagd. ‘Diesel en fossiele brandstoffen hebben hun langste tijd gehad: dat is glashelder. Ik zeg zeker niet dat elektrisch de heilige graal is en dat zeg ik ook niet van waterstof, maar het blijft zeker niet bij het oude. Ik zie deze ontwikkelingen echt als een kans voor de logistieke sector, in plaats van een bedreiging. Bedrijven kunnen zichzelf herontdekken en zo een heel wezenlijke bijdrage leveren aan veiligheid en CO2e-reductie.
Het is daarbij van het grootste belang dat ieder bedrijf op zijn eigen niveau kijkt hoe ze dat aanpakken. Daar is wel wat creativiteit bij nodig, want je kan de nieuwe werkelijkheid niet sluitend krijgen vanuit de oude situatie. Als je met je huidige mogelijkheden, beprijzing en set-up aan de slag gaat, dan loop je vast. Je moet vanuit de nieuwe uitgangssituatie kijken: wat is mijn positie in de markt? Hoe kan ik die verduurzamingsslag maken? Hoe kan ik onderscheidend zijn? Je moet bereid zijn opnieuw aan de tekentafel te gaan zitten met je businessmodel. Als je hier zelf al over nadenkt, kan je je eigen plan trekken: dat is een groot voordeel. Anders word je door de tijd of de markt in een bepaalde positie gemanoeuvreerd en die is lang niet altijd wenselijk.’