Het is geen vreemde gedachte om deze bestaande infrastructuur te laten gebruiken door andere stromen want, zo is het idee, hierdoor wordt de bestaande infrastructuur optimaler ingezet, wat de businesscase van een dergelijke functionaliteit versterkt. Maar werkt deze aanname op papier ook in de praktijk? Met deze vraag is Chris Beezemer, projectmanager binnen de Topsector Logistiek, een rondje langs de stadslogistieke velden gegaan.
Onderzoek naar de rol van bestaande faciliteiten
Al eerder is, onder leiding van dr. ir. Paul Buijs van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG), onderzoek gedaan naar welke rol bestaande (e-commerce) faciliteiten, zoals sorteercentra aan de rand van de stad, kunnen spelen in het gebundeld en duurzaam leveren van business to business goederen. Dit onderzoek heeft naar voren gebracht dat de segmenten non-food retail en facilitair zich mogelijk lenen voor bundeling door intensiever gebruik van bestaande sorteercentra.
Uit navraag bij 12 leveranciers van non-food retail en facilitaire goederen en 2 landelijk opererende pakketbezorgers blijkt het bundelen via sorteercentra niet zo’n inkoppertje als gehoopt.
Potentiële waarde in bundelen
Uit de verschillende gesprekken komt naar voren dat alle gesproken partijen potentiële waarde zien om te bundelen. Vanuit het perspectief van de sorteercentra zijn er praktisch gezien weinig tot geen bezwaren: als er een label op een product past kan je het via deze route bundelen. Toch zijn alle leveranciers terughoudend.
Want zo ervaart men, bundelen aan de rand van de stad wordt gezien als een verlenging van de Supply Chain. Deze verlenging levert mogelijk een kleine efficiëntie winst op bij de uitlevering, omdat het zorgt voor minder verkeer in de binnenstad, maar dit voordeel (dat vooral ten bate komt van de ontvanger) weegt niet op tegen het verlies dat ontstaat door extra handelingskosten, de tijdigheid van leveren en de service* (dat vooral ten laste komt van de leverancier). Met name de service en tijdigheid lijken een groot obstakel te vormen. Bovendien is ieder overslagmoment weer een moment waarop goederen beschadigd kunnen worden.
*Met service wordt hier bedoeld: goederen over de drempel brengen, het contactmoment met de afnemer en de tijdafspraak.
”Samen delen” en vertrouwen
Op de vraag of bundeling op andere manieren wel tot stand kan komen, zijn alle partijen ook eenduidig. Alle partijen beschikken over een efficiënt distributienetwerk en derden kunnen op dit netwerk meeliften. Dit eigen netwerk laat men niet graag los. Tussen de regels door werd hier ook wel duidelijk dat “samen delen” ook om groot vertrouwen vraagt. Voor een universeel concept waarbij meerdere sorteercentra van verschillende pakketbezorgers worden gebruikt, ontbreekt zowel het vertrouwen in de efficiëntie van de oplossing als ook het vertrouwen om samen te kunnen werken.
Het helpt niet dat er op dit moment geen wettelijke restricties dwingen om tot innovatieve oplossingen te komen om transporten te bundelen. De partijen geven aan dat zolang deze ‘dwang’ er niet is, de kans zeer gering is dat zij voor andere concepten kiezen. De zero emissie zones in de verschillende steden vormen hierbij wel een ‘game changer’. Het noodzaakt om nieuwe logistieke concepten toe te passen. Het bundelen van goederen, via sorteercentra, lijkt dan als oplossing een stuk aantrekkelijker te worden.