Mogen wij u opnemen in ons bestand? Meld je hier aan.
zoeken

Aanmelden voor

TNO: LPI geeft inzicht in laadprestaties en verbeterpotentieel

Aanmelden voor

TNO: LPI geeft inzicht in laadprestaties en verbeterpotentieel

TNO: LPI geeft inzicht in laadprestaties en verbeterpotentieel

“Om de efficiëntie van transport in kaart te brengen, wordt vaak de beladingsgraad gebruikt,” weet programmamanager Guido de Wit van Topsector Logistiek, “maar die houdt geen rekening met de vele verschillende soorten voertuigen, beladingseenheden en gewichten. Om echt tot een goed inzicht te komen, heb je een indicator nodig die al deze elementen meeneemt. Die is er nu: de Load Performance Indicator (LPI).” Senior consultant Siem van Merriënboer werkt bij TNO en testte de methode: “Het is een heel simpele manier om de benutting van de transportcapaciteit in kaart te brengen. Met relatief beperkte bedrijfsgegevens krijg je toch al een goede indicatie.”

21 januari 2025

Leestijd ± 2 minuten

Vollere voertuigen gedurende de hele rit 

Projectmanager Chris Beezemer vertelt: “Topsector Logistiek ontwikkelde de Load Performance Indicator of Lading Prestatie Indicator als vervanger van de ouderwetse beladingsgraad. De LPI geeft echt inzicht in hoe efficiënt het laadvermogen is ingezet, waardoor deze gericht kan worden verbeterd. Verschillende vervoerders hebben dit voor ons getest en erkennen dat.  
De inzichten leiden tot meer efficiëntie: vollere voertuigen gedurende de hele rit, minder lege kilometers en dus ook tot minder kosten en minder CO2-uitstoot. We krijgen hierdoor bovendien een beeld van de hoeveelheid lege kilometers in Nederland”. De LPI kan ook gebruikt worden om de inzet van laadcapaciteit voor verladers en klanten of binnen steden te vergelijken. Verschillen in de LPI zijn dan te verklaren door te kijken naar welk type voertuigen is ingezet en de benutting van de laadcapaciteit van die voertuigen. Beide aspecten zijn knoppen om aan te draaien om de LPI te verbeteren.  

LPI getest door TNO 

“We wilden er zeker van zijn dat de LPI onder alle omstandigheden de juiste inzichten biedt en hebben TNO daarom gevraagd de methode te testen”, aldus Guido.  
“TNO heeft de Load Performance Indicator onderzocht”, bevestigt Siem van Merriënboer, senior consultant bij TNO. “We hebben daarbij gekeken of de LPI de juiste indicaties geeft. Via diverse cases hebben we getest hoe de LPI reageert, bijvoorbeeld bij vracht, rondritten, stadsdistributie, hubs en horizontale samenwerking. Daaruit kwam naar voren dat het gebruik van de vogelvluchtafstand (Great Circle Distance) in plaats van daadwerkelijk gereden afstand (Actual Driven Distance) de juiste resultaten geeft. Nadat we deze aanpassing hebben doorgevoerd, blijkt dat de LPI in de geteste scenario’s van TNO het gedrag laat zien dat je zou verwachten. Als je bijvoorbeeld omrijdt met lading, genereert dat een slechtere prestatie. Deze wijziging maakt de LPI ook consistent met de methodiek voor carbon footprinting: de COFRET Prestatie Indicator (CPI).” 

Inzicht in prestaties en verbeterpotentieel 

Siem: “Als je de LPI structureel toepast, krijg je een soort grafiek aan prestaties en kan je dus zien of die verbetert of niet. Door vervolgens ook naar de context te kijken en de LPI af te zetten tegen de ritsituatie, krijg je daadwerkelijk inzicht in je prestaties en wordt duidelijk of er nog verbeterpotentieel is.” 
Op de vraag of Siem transporteurs zou aanraden de LPI te gebruiken, antwoordt hij stellig: “Ja, zeker. Het is een heel simpele manier om de benutting van de transportcapaciteit in kaart te brengen. Met relatief beperkte bedrijfsgegevens krijg je toch al een goede indicatie.” 

De nieuwe standaard 

Guido is blij met de bevindingen van TNO: “De Load Performance Indicator helpt bedrijven dus echt verder. Onze ambitie is dat deze LPI een standaard indicator wordt in de logistiek. Het maakt heel inzichtelijk wat het effect is van bijvoorbeeld tijdsloten en dagelijkse leveringen op de inzet van het laadvermogen en vormt dan ook een goed uitgangspunt voor communicatie richting de ketenpartners.”